Kijkje in de Keuken (KiK) #12: Bewoner centraal bij fabriekswoning

17 mei 2024

Rijdend door de landerijen in de  omgeving van Utrecht doemen uit het niets de fabriekshallen van Daiwa House Modular Europe op. Hier op het terrein in Montfoort staan complete woningmodules klaar voor vertrek naar de bouwplaats. We bezoeken niet alleen de  net geopende woningfabriek,  ook co-hosts  Tiwos  en ABB vertellen over hun visie op het centrale thema van de dag: de bewoner centraal, gezond leven en wonen.  

Het experience center van Daiwa House Modular Europe– voorheen bekend als Jan Snel – zit tot de nok vol. Uitverkocht was deze editie van het Kijkje in de Keuken. De leden kijken goed rond, want vanuit dit experience center kun je zo verschillende modules binnenwandelen, alsof je de ene na de andere woning aan het bezichtigen bent. “Het zijn net echte woningen”, zegt iemand gekscherend. Hoofd commercie woningbouw Kia Hosseini glimt. “Dit zijn voorbeelden van woningen zoals we die opleveren. Ze  worden geproduceerd in  de bouwplaats van de toekomst, onze nieuwe fabriek van 4.000 m2  hier op het terrein met in totaal 17 fabrieken.”

Sneak preview 

We hebben mazzel. Als één van de eersten krijgen we een sneak preview in de fabriek, vlak voordat deze  officieel  geopend wordt. Of de schoonmaakmachine die er rondrijdt er iets mee te maken heeft? “Nee hoor”, zegt Thijs Linschoten. “We houden de hal standaard schoon en zoveel mogelijk stofvrij.” Clean  oogt  het er zeker. Alles is licht, overal hangen schermen.  Het is bijna futuristisch te noemen. Een enorm contrast met een traditionele, modderige bouwplaats. Vanaf de loopbrug hebben we goed uitzicht over het gehele ‘bouwproces’. Binnenwanden worden geplaatst, keukens worden gemonteerd, badkamermodules worden ingehesen. De kozijnen, wanden en andere halffabricaten, die grotendeels op eigen terrein vervaardigd worden, komen af en aan. Klaar voor assemblage in de fabriekshal.

De woningfabriek werd donderdag 16 mei door minister Hugo de Jonge officieel geopend. 

Productielijn 

In de hal rijden Automatic Guided Vehicles  rond, waar de modules op vervoerd worden. “Dit is echt een andere manier van denken en werken die veel gelijkenis  heeft met de auto-industrie”, licht Thijs toe. “We zien hier een geautomatiseerde productielijn. In onze andere hallen bewegen mensen om de module heen, die op één plek blijft staan. Hier verplaatst de module zich om de drie kwartier in 17 stappen naar een volgend werkstation, waar medewerkers binnen de  gegeven tacttijd hun taak uitvoeren. Op grote schermen is het hele proces inzichtelijk gemaakt. Als eerste komt het fundament van de module aan in de hal en als laatste wordt de voordeur erin geplaatst. Na een kwaliteitscontrole verdwijnt de module uit de fabriek en wordt deze kant-en-klaar naar de bouwplaats  vervoerd.”

 

Veel voordelen 

Kia benadrukt nog even de voordelen van een woning bouwen in een fabriek. “De omgeving waar de woningen geplaats worden, heeft minimale overlast van bouwactiviteiten. Door te bouwen in een fabriek hebben we continu controle op tijd, geld en kwaliteit. Dankzij digitale kwaliteitsbewakingssystemen en een gestroomlijnd productieproces hebben we nauwelijks faalkosten. In no-time komen complete 3D modules ‘van de band rollen’ in diverse soorten en maten.  Er is veel ruimte om te innoveren in robotisering en automatisering. De fabriek is zo gebouwd dat we eenvoudig een productielijn kunnen toevoegen of kunnen opschalen. Opgeteld bij de al bestaande productiecapaciteit kunnen we circa 3.500 woningen per jaar  produceren.” 

Bouwen met oog voor de bewoner 

Is  de bewoner eigenlijk wel in beeld bij fabrieksmatige woningbouw? “Dat is eigenlijk niet anders dan bij traditionele woningbouw hoor”, zegt Kia. “Onze woonoplossingen zijn in harmonie met mens en maatschappij en dat sluit naadloos aan op onze visie. Wij bouwen voor de klant van de klant en maken kennis met de doelgroep die in onze gebouwen gaan wonen. Wie zijn deze toekomstige bewoners en wat zijn hun behoeftes? Dat vertalen we in de juiste woonoplossing, vanuit onze  standaarden. We bouwen woningen voor de toekomst. Mensen moeten zich er jarenlang in thuis voelen.” 

Veilige woonomgeving in ’t kompas op Zuid 

Dat klinkt mooi, maar hoe werkt dat in de praktijk? Dimphy Voermans van woningcorporatie Tiwos licht een succesvol project in Tilburg toe. “Samen met Daiwa House Modular Europe hebben we een complex met 96 modulaire appartementen  gebouwd. Een gemengd wonen project met een zekere zorgcomponent. 40% van de woningen is bedoeld voor mensen die uitstromen uit een beschermde woonomgeving en 60% is bedoeld voor spoedzoekers, zoals studenten of gescheiden mensen. We wilden deze mensen snel een plek geven met aandacht voor kwetsbaarheid en leefbaarheid. Minder zorggericht, meer maatschappelijk gericht en met een tolerante houding ten opzichte van elkaar. Waarom wil je hier wonen en wat heb je te bieden? Dat schept de juiste verwachtingen tijdens een intake. We zien dat mensen elkaar echt helpen. En ja, de woningen zijn niet heel groot, maar bewoners zijn heel blij dat ze eindelijk een goede, eigen woning hebben. Voor ons is dit een voorbeeld van hoe we met conceptuele woningbouw doelgroepen kunnen mixen in Tilburg.”

Altijd weer die businesscase 

De vraag uit de zaal kwam niet onverwachts: ‘Hoe maak je als corporatie een goede businesscase van tijdelijke woningbouw?’ Jeroen Band van Tiwos: “Dit complex staat er voor 15 jaar. Eigenlijk is dat financieel niet te doen. De grond was in ons bezit en we hebben met de gemeente een garantie voor herplaatsing van de modules afgesproken voor wederom 15 jaar, waardoor we ineens 30 jaar vooruit kunnen kijken. Dan wordt het wel interessant. Herplaatsing kan naar nieuwe plek, maar de modules kunnen ook blijven staan. Het ontwikkeltraject van dit project is vergelijkbaar geweest met reguliere woningbouw. Er is zo’n 4,5 jaar over gedaan. De woningen zelf stonden er echter een stuk sneller. Na een half jaar trokken de eerste bewoners er al in. Daiwa House Modular Europe kan zo’n opgave perfect aan. Binnenstedelijk, weinig bouwruimte, gestapelde bouw, alles kwam perfect bij elkaar. Doel van dit project was om te kijken of we op deze manier de zorgvraag kunnen verlagen en een fijne plek kunnen bieden aan mensen die we niet aan hun lot moeten over laten. Dat is gelukt door bewust voor een flexibel  woningconcept te kiezen.” 

Installaties mogen niet achterblijven  

Een woning uit de fabriek en bijpassende installaties gaan hand in hand. Volgens Ryan Schmidt van ABB mag installatietechniek niet achterblijven. “De verschuiving naar industriële processen vraagt om een andere blik op installaties. Dat mag geen remmende factor worden in een lijnproductie als hier in de fabriek. De repeteerbaarheid van installaties wordt steeds belangrijker met gestandaardiseerde stekkerbare oplossingen en just-in-time leveringen. Gezond wonen en leven vraagt om een integrale aanpak. Hoe kunnen we huishoudens met slimme besturing helpen om gezonder te wonen? Hoe halen we de pieken weg in de netcongestie, zonder dat bewoners daar ‘last’ van hebben? Wij moeten zorgen dat CO2-neutraal geproduceerde, prefab installaties volgens een soort Tesla-model kunnen meegroeien met de veranderende marktvraag. Dat je met updates slimmigheden kunt toevoegen, zonder de hardware te veranderen.” 

“Slimme besturing betekent veel automatiseren. De installatie moet eenvoudig te bedienen zijn. Dat gaat samen met goede  uitlegvideo’s in de meterkast. Uiteindelijk doen we het voor één doel: comfort en gezondheid van de bewoner. Minder stress over energiekosten, over het inregelen van het binnenklimaat of over de werking heeft een positieve impact op gezond leven. Als we ook de nabije toekomst van de huisbatterij vergaand kunnen standaardiseren, dan zie ik een mooie toekomst voor duurzame, prefab installaties in conceptuele woningbouw.” 

Tekst: Redactiegasten
Beeld: Daiwa House Modular Europe 

Daiwa House Modular Europe | Kijkje in de Keuken (KiK) #12: Bewoner centraal bij fabriekswoningb56e43_067a9aea9cfe4a6982d7212d49db450f~mv2